Schaapskooi De Parck

In Park Lingezegen, tussen Arnhem en Nijmegen, graast sinds 2018 de kudde van Schaapskooi De Parck. De dieren onderhouden de bermen en lanen en zorgen ervoor dat de biodiversiteit in het gebied verbetert. De schaapskooi en de kudde dankt haar naam aan kasteel ‘De Parck’ dat tot 1818 op de plek lag waar zich nu Park Lingezegen bevindt.

Solognote schapen

De kudde bestaat grotendeels uit Solognote schapen, een bijzonder Frans ras dat behoort tot de heideschapen. De lammetjes zijn donkerbruin als ze geboren worden, in het eerste levensjaar verkleurt hun vacht naar een mooie lichtbruine kleur. De buik, poten en kop blijven donkerbruin. Het schaap gedijt goed op een sterk afwisselende vegetatie van gras en kruiden.

De kudde bestaat uit ongeveer tachtig ooien. Ze lammeren makkelijk en hebben een sterke kuddegeest. De lammeren worden meestal in januari en februari geboren, bij voorkeur in een schaapskooi. Als het gras in de lente weer gaat groeien, zijn de lammeren sterk genoeg om mee te gaan met de kudde voor het begrazingswerk.

Kruislingen

Naast de Solognote schapen lopen er een paar kruislingen in de kudde. Ze zijn voortgekomen uit een combinatie van het Gotland Pels schaap en het Solognote schaap. Hiermee hopen we nog mooiere en betere wol te kunnen produceren, daarom koesteren we ze in de kudde.
Sommige kruislingen hebben een zwarte vacht. Er wordt gezegd dat deze dieren vroeger gebruikt werden om roofdieren op afstand te houden.

Kruisling

Nederlandse landgeiten

Ook lopen er enkele Nederlandse landgeiten mee in de kudde. Zij grazen op een iets andere manier dan de schapen en hebben zo een belangrijke functie in het onderhouden van de bermen en lanen in Park Lingezegen. Ze grazen ‘complementair‘ aan de schapen: zo eten de schapen graag de kortere grassen en kruiden, terwijl de landgeiten de hoge grassen en struikjes eten, zoals bijvoorbeeld bramen. 

Nederlandse landgeit

Schaapsherder Marion

Marion Teeuwen is de herder van de schaapskudde. Sinds 2013 heeft ze zich toegelegd op natuurontwikkeling met behulp van schapen. Park Lingezegen is een prachtige locatie om haar kudde te laten grazen en op die manier de biodiversiteit van dijken en lanen te vergroten.
Marion vindt het fijn wanneer bezoekers de kudde waarderen en ervan genieten tijdens een bezoek aan Park Lingezegen. Voor haarzelf geeft het werken in en met de natuur voldoening: ‘Het is prachtig om door middel van circulaire landbouw bij te dragen aan natuurontwikkeling.‘
Marion is ook actief als imker en heeft samen met haar man zo’n 40 bijenvolken.

Marion Teeuwen

Honden Bloke en Sam

Onmisbaar bij de kudde zijn de twee Australian Working Kelpies: Bloke en Sam. Zij helpen de herder bij het verplaatsen van de kudde en zorgen dat de kudde bij elkaar blijft. Geen schaap of geit wordt vergeten!

De schaapskooi

Op dit moment is de kudde altijd buiten, maar het zou prettig zijn als de dieren een onderdak krijgen. Het bestuur van Schaapskooi De Parck zet zich daarom in om een schaapskooi te realiseren in Park Lingezegen. Hier kunnen de dieren verzorgd worden en de ooien kunnen er lammeren. Ook kan de kudde veilig naar binnen, mocht er dreiging zijn van een wolf.  
Op dit moment wordt er gekeken of een bestaande locatie kan worden omgebouwd tot schaapskooi, of dat er een nieuwe schaapskooi gerealiseerd kan worden. We houden je graag op de hoogte via onze nieuwsbrief!

Circulaire landbouw

De kudde van Schaapskooi De Parck heeft een positieve invloed op het milieu.
Als bermen en lanen mechanisch worden gemaaid, dan blijft het maaisel liggen. Dat is rijk aan voedingsstoffen die in de bodem worden opgenomen waardoor het gras extra goed gaat groeien. Er ontstaat een monocultuur van gras, waar andere soorten zich niet kunnen ontwikkelen.
Als schapen de bermen en lanen begrazen, blijft er geen maaisel achter op het gras. De bodem wordt niet verrijkt, maar verschraalt. Daardoor krijgen andere planten de kans om zich te vestigen, zoals paardebloem, madeliefje, boerenwormkruid, weegbree en pinksterbloem. De biodiversiteit vergroot.

De zaden van bloemen en kruiden worden door de schapen via hun wol verspreid. Er ontstaat kruidenrijk grasland. Daar profiteren de schapen weer van, want de diversiteit aan voedsel zorgt voor gezonde, sterke dieren. Ook vogels, insecten en amfibieën, zoals salamanders en zandbijen, hebben voordeel bij begrazing ten opzichte van mechanisch beheer.

In de winter wordt de kudde bijgevoerd met hooi dat in de zomer geoogst is. Alleen gedurende de lammerperiode krijgen de ooien en lammeren nog extra biologische lammerbrokken. We streven ernaar dat in deze periode de dieren in een schaapskooi staan zodat de mest uit de potstal na het lammerseizoen gebruikt kan worden in moestuinen in de omgeving.

De ram-lammeren die niet voor de fokkerij ingezet gaan worden, brengen we naar de slager. In de wintermaanden kun je bij ons terecht voor het overheerlijke lamsvlees.  

In de vroege zomer worden de schapen geschoren en alle wol wordt gebruikt. Een deel wordt machinaal gekaard zodat we dit kunnen gebruiken om hele vachten te vilten. Een deel wordt tot garen gesponnen tijdens workshops. Die wol wordt gebruikt om te haken of te breien, voor het maken van kledingstukken of vloerkleden. De overige wol wordt gebruikt om de bodem te verbeteren en slakken tegen te gaan.

Locatie

De kudde van Schaapskooi De Parck graast in deelgebied 'De Park' dat onderdeel uitmaakt van het Park Lingezegen, gelegen tussen Arnhem en Nijmegen. Klik op de kaart voor een vergroting.